Een optimale en stabiele balans tussen "autonomie, verbinding en kwaliteit" wordt geacht te leiden
tot een gelukkig leven. Omgekeerd is ware liefde pas mogelijk wanneer we niet afhankelijk zijn van een ander om gelukkig te zijn. Wanneer we zelf gelukkig zijn, kunnen we de ander accepteren zoals die is. Zonder liefde geen vrijheid en zonder vrijheid geen liefde.
We kunnen "liefde" en "vrijheid"
ook representeren als 2 zuivere krachten (zielskwaliteiten) die het leven
op een kwalitatief hoger plan brengen ("synthese"; "coincidentia oppositorum"). Die ontwikkeling is een voortdurende beweging die nooit volledig
te vatten is, op zoek naar zowel balans als een hoger doel (dialectiek). Het bevordert andere zielskwaliteiten als "(zelf)vertrouwen", "vrede", "ruimte", "stilte" of bewustzijnskwaliteiten als "licht / lucht / kracht / energie / helderheid / schoonheid / humor / vreugde".
In het begin van een leven is er weinig ruimte
voor vrijheid. Liefde ontvangen is dan des te belangrijker
en zelfs van levensbelang. Naarmate we ouder worden
leren we steeds beter om te gaan met vrijheid en
verantwoordelijkheid.
De prioriteit
tussen vrijheid en verbinding ligt voor mannen
en vrouwen verschillend: veel mannen vinden autonomie
belangrijker dan een liefdevolle relatie. Ook
hebben denken en voelen vaak een andere volgorde
tussen de sexen. Wanneer mannen waarnemen, gaan
zij eerst denken en dan voelen; vrouwen
voelen vaak eerst en gaan dan denken. Uiteraard is dat geen wet van Meden en Perzen. Wie denkt dat een bepaalde volgorde in denken en voelen beter is dan andersom, verzandt in een relatie al snel in een machtsstrijd.
Zie ook de theorette van Lisette Thooft: mannen leren van vrouwen over liefde en vrouwen van mannen over vrijheid.
Voor wie wil weten hoe hij of zij zelf scoort op deze
balans is hier een test. |